EERSTE BEST PRACTICE AWARD GEWONNEN DOOR …

Samenwerking gericht op veiligheid, kwaliteit, aandacht.

NedTrain, Hago Rail Services en FNV Bondgenoten ontvingen op 17 januari de Best Practice Award 2012 vanwege de unieke, langdurige samenwerking bij de toepassing van de Code Verantwoordelijk Marktgedrag schoonmaak- en glazenwassersbranche. Ieder voor zijn eigen aandeel en als voorbeeld van ketensamenwerking.  Kees Blokland, de voorzitter van de commissie Code, gaf de winnaars en de ruim 100 aanwezige gasten in de Brabanthallen in ‘s-Hertogenbosch, een kijkje in het juryrapport. Hierin is beargumenteerd waarom het grootste schoonmaakcontract in Nederland deze Award heeft gewonnen.

Voorafgaande aan de uitreiking gaf Nol Groot, hoogleraar management in complexiteit Open Universiteit, aan de hand van sprekende praktijksituaties aan dat medewerkers een groot zelfsturend vermogen hebben. Zo liet hij twee korte films zien: een van een kruispunt waarin het verkeer op een georganiseerd wijze werd gestuurd en een van een kruispunt waar verkeersdeelnemers het zelf moesten ‘regelen’. Verrassend genoeg gebeurden de meeste ongelukken op het georganiseerd kruispunt. Zijn conclusie: managers, laat medewerkers doen waar ze goed in zijn.

Goede ketensamenwerking
Doe waar je goed in bent. Dat is één van de uitgangspunten in de samenwerking tussen de award winnaars. Eric de Kroon van NedTrain: “De schoonmaakbranche heeft verstand van schoonmaken. Ik als opdrachtgever niet. Maar ik wil niet ontzorgd worden. Ik wil het samen doen.”

best-practice_uitreiking-2012

Uit het juryrapport blijkt dat de drie award winnaars hun ketensamenwerking op praktische wijze vormgeven.
Zo informeren NedTrain en Hago Rail Services samen alle schoonmakers over komende wijzigingen en hebben zij het bladSamen vooruit!, samen werken aan schone treinenuitgebracht. Samen met FNV Bondgenoten hebben beide organisaties met regelmaat overleg en zijn er afspraken gemaakt om de kwaliteit van schoonmaak en de arbeidsomstandigheden van de schoonmakers te optimaliseren.

“Het wantrouwen van de schoonmakers is weggenomen doordat wij als schoonmakers erbij betrokken worden. Doordat we erbij horen”, aldus Kapi Lijfrock van FNV Bondgenoten.

Sietske de Jong van Hago Rail Services beaamt het belang van samenwerking en respect voor de schoonmaker, en voor het vak. “Wij steken in op het sociale aspect. Dat is voor ons belangrijk. Voor ons is het winnen van deze award een mogelijkheid om nog meer partners mee te krijgen”, zo meent de Jong.

Op de vraag van Kees Blokland wat de samenwerking in 2013 brengt, ligt voor de winnaars het accent op veiligheid, kwaliteit en aandacht. Zo willen zij verbeterkansen blijven zien door meer gebruik te maken van het vakmanschap van de schoonmakers, en door aandacht te hebben voor veiligheid en kwaliteit. Door met elkaar in gesprek te blijven.

Dat is volgens hen de mogelijkheid om een goede ketensamenwerking te creëren.

Hoe het niet moet
De voorzitter van de commissie Code Verantwoordelijk Marktgedrag reikte niet alleen een Best Practice Award uit. De Bad Practice Award 2012 werd toegekend aan Gemeente Delfzijl. Uit het juryrapport kwam naar voren dat de gemeente bij haar aanbesteding glasbewassing het gunningscriterium laagste prijs hanteerde zonder deze keuze te onderbouwen. Bovendien wijst de praktijk uit dat de gemeente de Code niet hanteert terwijl zij volharden dit wel te doen. Ook nadat de commissie Code de gemeente herhaaldelijk had geïnformeerd over de Code en de mogelijkheden om een aanbesteding conform de Code op te stellen, heeft de gemeente haar aanbesteding glasbewassing niet herzien.

Awards in 2013
Met de uitreiking van de Best Practice en de Bad Practice Award laat de commissie Code onder meer zien dat het toepassen van de Code op velerlei manieren mogelijk is. Niet alleen werkt dit inspirerend en motiverend, maar ook: goed voorbeeld, doet immers goed volgen.

De uitreiking van 17 januari krijgt zeker een vervolg. Op dit moment is de commissie Code al druk bezig met de voorbereidingen voor de Best Practice of Bad Practice Award 2013.